Saint-Julien

Saint-Julien

Toegegeven, we hebben een zwak voor Saint-Julien. Een beetje oneerlijk, maar hier  zijn geen Premiers Crus te vinden hoewel de talrijke domeinen met een Deuxième Cru daarvoor gerust in aanmerking komen en terecht de bijnaam ‘super seconds’ kregen, zoals Léoville Las Cases en Ducru-Beaucaillou. We houden van Saint-Julien omdat de wijnen heel consistent zijn en vrijwel nooit teleurstellen.

De appellatie dankt zijn naam aan het dorp Saint-Julien-Beychevelle. Het dorp werd bekend en groeide uit toen rijke handelaars van Bordeaux er in de 16e en 17e eeuw land kochten en daarop imposante kastelen bouwden waarmee ze konden uitpakken. Ducru-Beaucaillou, Beychevelle en Langoa Barton zijn daar goede voorbeelden van, stuk voor stuk gelegen langsheen de beroemde D2, de “Route des Châteaux”.

Saint-Julien is de kleinste van de Médoc gemeenten en telt amper 910 hectare, maar bijna 95 procent daarvan zijn Crus Classés. Hoe dan ook vinden we hier de grootste Cru Classé van de Médoc: Château Lagrange met zijn 123 hectare. De wijnen zijn vergelijkbaar met die van Pauillac, maar zijn vaak zachter en fruitiger met pure en frisse smaken. Net zoals de wijnen van Pauillac combineren ze goed met gegrild rood vlees, harde kazen en wild. De wijnstijlen liggen weliswaar uit elkaar, van de strenge elegantie van Léoville Las Cases (soms meer Pauillac dan Saint-Julien) tot de traditionele charme van Léoville Barton.

De regio lijkt op een rechthoek van ongeveer 3,5 kilometer breed en 5,5 kilometer lang, met Gruaud Larose op de hoogste punt. De bodem gaat van stenen en keien tot kiezel en klei. Het zijn de goed waterdoorlatende kiezelbodems die voor de beste terroirs van Saint-Julien zorgen. 

Bekijken als Rooster Lijst

Items 1-24 van 90

Pagina
per pagina
Aflopend sorteren
Bekijken als Rooster Lijst

Items 1-24 van 90

Pagina
per pagina
Aflopend sorteren